Verdriet


De vijf jarige uit Servië afkomstige Philip is dood ge vonden in het water. Hij woonde net een week in Duitsland. Het jochie leed aan epilepsie. Dit korte berichtje in de krant brengt alle angst bij mij terug van ruim 30 jaar geleden. Onze Wim kreeg op zijn vierde een hersenontsteking en hield daaraan epilepsie over. Hij had vaak behoorlijk zware aanvallen. Meestal voelde hij dat aankomen en kwam dan naar binnen als hij toevallig buiten was. Mama, ik kan niks meer zien, zei hij dan.

Want zo begon het meestal. Maar hij had ook absences, die van het ene op het andere moment konden optreden. En wat als hij iets verder uit de buurt was en niet meer thuis kon komen als het begon. Ik stond altijd doodsangsten uit, maar heb hem toch – op hoop van zegen- losgelaten. En al kon hij zich soms behoorlijk bezeren als hij viel wanneer een aanval begon en je net niet in de buurt was, buiten is er gelukkig nooit iets ernstigs gebeurd. Wel viel hij soms uit bed en brak dan zijn bv. Zijn pols. Ik voel bijna lijfelijk de angst die de ouders gevoeld moeten hebben toen hun zoontje vermist was en het grijpt me bij de keel. De angst dat onze kinderen (en later ook kleinkinderen) iets overkomt is bij mij mede hierdoor altijd groot geweest.

Ik dacht dat het was weggezakt maar niets is minder waar. Dat begrijp ik nu door dit berichtje. Want wat Philip is overkomen is waar ik altijd bang voor ben geweest. Natuurlijk is er veel verandert. Momenteel gaat het goed met mijn kinderen en kleinkinderen. En dat doet me beseffen dat ik ook het gelukkigst ben als zij dat ook zijn. Ik ben in gedachten bij de ouders van Philip, ook al zullen ze daar weinig van merken.